Sinds vorige maand zit er weer een nieuw buitenlands bedrijf in de AEX.
ArcelorMittal splitste een roestvrijstaaldivisie af, en het zo gevormde
nieuwe beursfonds Aperam kreeg direct een plekje in de beursindex. Het
Amsterdamse beursbestuur was zelfs zo genereus om door de vingers te zien
dat de 25 fondsen tellende AEX plotseling uit 26 aandelen bestond.

Vroeger moest een bedrijf zich nog jaren bewijzen voordat het een plekje in de
AEX kreeg. Tegenwoordig zijn piepjonge bedrijven als Aperam meteen welkom in
de belangrijkste beursindex van ons land.

Aperam heeft een Franse topman. Grootaandeelhouder is de Indiase famillie
Mittal. Het hoofdkantoor staat in Luxemburg. Het bedrijf heeft zes fabrieken
in België, Frankrijk en Brazilië. In Nederland produceert Aperam niets. De
enige link met Nederland is een notering aan de beurs in Amsterdam.

Minder Nederlands
Met de komst van Aperam is de AEX weer wat minder Nederlands geworden.
Beurshandelaren kan dat weinig schelen, zij willen handelen met een index
met zo liquide mogelijke fondsen. Of die wel of niet een band hebben met de
Nederlandse economie speelt voor hen geen rol.

Maar als indicator voor de kracht en gezondheid van de Nederlandse
beursgenoteerde bedrijven, is de AEX weer minder bruikbaar geworden. De
index zit vol heel of half buitenlandse bedrijven en is behoorlijk
losgetrild van het bedrijfsleven in het thuisland.

Echte Amsterdamse Index
Gelukkig is er de EAX, de Echte Amsterdamse Index, die Z24 nu voor het vierde
jaar berekent. Het is een mandje met de aandelen van puur Nederlandse
bedrijven. We zijn daarin streng. Behalve de buitenlandse fondsen Aperam en
ArcelorMittal vegen we ook de half-Nederlands bedrijven Royal Dutch Shell,
Unilever, Air-France KLM en ReedElsevier zonder pardon de index uit.

Er is in de EAX alleen plaats voor echte bedrijven. Vastgoedfondsen als
Unibail-Rodamco en Corio komen er dus niet in. Ook voor de verzekeraars
Aegon en Deltaloyd, waarvan de koersen vooral meebewegen met de waarde van
hun beleggingen, ligt onze lat te hoog.

Verder hanteren we voor de berekening van de EAX dezelfde systematiek als voor
de AEX wordt gebruikt (zie kader).

Mooi rendement
De Echte Amsterdamse Index heeft een goed jaar achter de rug. In 2010 steeg
de EAX met 12 procent. Het rendement van de AEX bleef vorig jaar steken op
zo'n 7 procent. Beleggen in Hollands Glorie was een goede strategie.

Dat geldt ook voor de langere termijn. In januari 2008 startte de EAX op 100
punten. Nu staat de index op 106. In dezelfde periode verloor de AEX 2
procent. Het Nederlandse bedrijfsleven staat er dus sterker voor dan de AEX
suggereert.

Voor de Echte Amsterdamse Index is de kredietcrisis voorbij. De index staat 17
procent boven de stand van september 2008, toen Lehman Brothers failliet
ging. De AEX staat nog altijd zo'n 10 procent onder die stand. (Zie ook In
Beeld: EAX verslaat AEX
).

Crucell er uit
Jaarlijks plegen wij onderhoud aan de EAX. Crucell wordt overgenomen door J&J,
dus vliegt uit de index. In plaats daarvan komt ASM International.

Ook de wegingen worden aangepast. ING is weer het belangrijkste fonds, met een
(maximale) weging van 15 procent. Philips en KPN volgen met een weging van
respectievelijk 14 en 12 procent.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl